Brief 8-a


Date (sent): 22 augustus 1870
Writer: Harmen Jan te Selle
Place: Holland, Wisconsin
Addressee: Mevr. Dela te Selle-ten Damme
Address (sent to): Winterswijk, Netherlands

Town Holland Augustus Den 22e sten 1870

Waarde Moeder en Broeders met uwe Vrouwen en Kinderen door de goedhijd des Heeren is het mij vergund om een enkel letter aan u te schrijfen, en laat u daarbij weten dat wij alle tot op dit oogenblik goed gezond zijn, en het zelfde hopen wij ook van u

De brief door u geschreven den 3 julij hebben wij in gezondhijd ontvangen. En daaruit gezien dat gij toen alle noch goed gezond waard hetwelk ons ten hoogsten verblijde, Ik heb den brief zoo spoedig moogelijk naar Broeder J Hendrik gestuurd, zoo kon hij diezelver lezen en zien hoe het in Holland noch gesteld is. Maar ik heb noch geen antwoord weer terug gekregen, En heb hem zelfer noch bij geschreven dat indien hij noch niet geschreven had, toch niet naa zou laten spoedig aan u Te schrijven Ik heb voor 14 daagen een brief van hem gehad toen Schreef hij dat hij goed gezond was en dat hij land hat gekocht en een Juk ossen en vervolgens meer, Maar ik hoop hij zal u spoedig Schrijven Dan kund gij zijn welvaren uit zijn eigen pen vernemen,

Maar hij schreef mij dat het daar ontzettend droog was geweest zoodat het gras droog en dor op den grond stond, Maar dit is bij ons het geval niet, wij hebben een gezegend jaar daar is bijna geen ding dat men zeggen kan dat is schlegt.

Zoo lang ik in Amerika geweest ben heb ik de Vrugten noch niet zoo mooi zien staan als van dit jaar. Hoewel het nu een tijdlang al gedroogd heeft zou het voor boekwijte en kooren heel nuttig zijn een wijnig te regenen Het inoogsten was niet beter te wensen, Geen hitte die ons hinderde En geen regen die ons belette om niet te kunen werken. Zoo dat alles spoedig en droog is in gezameld, ook die gedorst hebben, zeggen dat het veel en goed zaat opleverd Maar de tarwe is op dit oogenblik niet duur die is nauwelijks 1 Doller den bussel dus dat is niet heel duur.

Want als men een dagloner in het werk heeft teminsten nu in den oogst, moet men haar 1 Doller en een halfe Doller daags geven. Dat is een en een halfe Bussel tarwe daags. Zoo kund gij wel denken dat het voor een dagloner beter is in Amerika dan in Holland om aan zijn brood te komen, En voor een dagloner is het beter naar hier te komen dan voor een boer, Want lant te huren is hier niet veel en kopen is het duur, Zoo zijn er het vorige jaar verschijden hier gekomen die dat anders verwagt hadden, Zij meenden hier zoo veel land in eigendom te kunnen krijgen Dan zij in Holland gehuurd hadden, en dat viel almaal tegen en hoewel zij de levens wijze aanschouwen dat hier van alles volop en genoegd is kunnen zij maar niet tot besluit komen om te zeggen Amerika is goed

Maar een dagloner is beter te huis, hij ziet daar is geen onderschijt tussen den dagloner zij brood en dat der rijke boeren en dit is eenmaal zeeker een daghuurder kan eeven zoo goed en beter zijn brood hebben, twee Dagen in de week te arbijden dan in Holland 6 dagen, ja geliefden wat zal ik u meer schrijven ik heeb in den voorigen brief die ik u geschreven heb al veel geschreven van de prijzen van vee En graan en iets dergelijks dus zal ik daarover maar niet meer Schrijven

ik hat op dien brief dien ik aan Janamoeje Bloemers zijne Broeder en Zusters wel zoo weel kunen schrijven maar ik dagt ik zou maar een brief bijzonder aan u schrijven. Ik zal afbreken met de pen maar niet met het hart

Ik H J te Selle en zij Vrouw en Kinderen wenst aan allen den zegen der Heeren, Doet de groetenis aan de Broeders en aan alle Vrienden en al degene die na ons Vragen de groetenis van ons allen

H J te Selle

Schrijft ons eens spoedig weder